
In de vorige blog-post betoogde Gudo Kramer het belang van het breed houden van het speelveld in talentontwikkeling. Talentontwikkeling is geen lineair proces, onvoorspelbaar volgens de experts en brede ontwikkeling van sporters is belangrijk. Hier het tweede deel van zijn post, waarin de analogie van het veld breed houden, wordt doorgetrokken naar de organisatie van de sport.
Ook op organisatorische gebied is het van belang het speelveld breed te houden, merkte ik inmiddels. Er zijn veel organisaties uit allerlei maatschappelijke geledingen die willen bijdragen aan sport en aan talentontwikkeling in de sport. De maatschappij heeft namelijk ook veel aan een goed georganiseerde sport. Vanuit Topsport Gelderland probeerden we dat al duidelijk te maken in een filmpje, waarin we ook het belang van het breed houden van het speelveld benadrukken.
Weliswaar willen al die organisaties waar we mee samen werken niet heel direct investeren in onze doelstellingen, of die van bonden , of die van het NOC*NSF, maar door vanuit hun eigen doelstellingen bij te dragen aan sport, maken ze de sport wel sterker.
In de hedendaagse samenleving is het de kunst om elkaar in netwerk-verband te vinden om dan via samenwerking en gemeenschappelijke belangen de eigen doelstellingen na te streven. De tijd waarin strak van bovenuit gestuurd kon worden op hiërarchisch ingerichte processen en organisatiestructuren, is toch echt voorbij.
We zien dit bijvoorbeeld heel direct terug bij het opzetten van RTC’s, sporttak specifieke regionale talentontwikkelingsprogramma’s. De programma’s zijn eigendom van de bond. Die bond heeft er haar eigen talentontwikkelingsdoelstelling bij. Gericht op de top, maar vaak ook op versterken/verbreden van de subtop in een bepaalde sport. NOC*NSF probeert te sturen op de output aan absolute toppers. In bijna geen enkele sport zijn er echter substantiële financiële middelen vanuit centrale organisaties voor deze programma’s voor jonge (vaak 12-15 jaar!) sporters.
Topsport Gelderland probeert kwalitatief hoogwaardige programma’s te realiseren in Gelderland, omdat wij een optimale omgeving voor talentontwikkeling in Gelderland willen creëren. Hoe doen we dat? Door provincie Gelderland, onderwijsorganisaties, gemeenten, sportaccommodaties, zorginstellingen, bedrijven, verenigingen en diverse expertise met die programma’s te verbinden. Iedere organisatie heeft daar zijn eigen doelstellingen bij, brengt vanuit die doelstellingen middelen, expertise, uren, ruimte in. Zo willen onderwijsinstellingen aantrekkelijk zijn voor leerlingen, wil de Hogeschool ook nieuwe kennis ontwikkelen en toepassen. Gemeenten en provincie willen jonge inwoners de kans bieden om al hun ambities waar te maken op eigen gebied en met aandacht voor hun welzijn. Experts willen hun expertise verrijken, terwijl bedrijven zich wellicht willen profileren op het gebied van talentontwikkeling, of als sportieve organisatie.
Topsport Gelderland poogt gericht, met de in een bepaalde situatie relevante partijen, te komen tot een samenwerkingsverband waarin partijen hun eigen doelstellingen waar kunnen maken, maar waarbij het ontwikkelen van een succesvolle omgeving voor de ontwikkeling van sporttalent de uitkomst moet zijn.
Zodra een van de partijen gaat proberen de anderen te forceren om eenzijdig bij te dragen aan de doelstellingen van die partij, gaat het mis. Dan wordt het speelveld versmald en ontstaan er minder kansen. Vandaar ook: hou het speelveld breed, op die manier zorgen we voor de meeste kansen! We hebben de scorende spitsen nodig, maar ook de buitenspelers ‘met krijt aan de schoenen’… en alleen door iedereen zijn/haar eigen rol te laten spelen, winnen we veel met sport!
Geef een reactie