
Carnaval is nog nooit zoveel dagen gevierd in Nederland als dit jaar. Op maandag 24 februari stonden de mensen in Assen al te hossen. In de provincies onder de rivieren sluiten de laatste feestgangers de deuren pas dinsdagavond 4 maart. 8 dagen is het land in hosanna-stemming. En dat allemaal door het unieke aantal van 24 medailles in Sotsij. Nederland, het land zonder bergen, sneeuw en deze winter ook zonder natuurijs, eindigt als vijfde in het medailleklassement. Echt een ongekend succes en iets om trots op te zijn. In het buitenland zullen ze met enige jaloezie en interesse ons aanschouwen. En daar zit direct het gevaar voor Nederland. Nederland wordt het wild waarop gejaagd wordt.
Andere landen zullen op verschillende manieren proberen te achterhalen wat het succes van Nederland heeft veroorzaakt. Er zal goed worden gekeken naar coach- en trainingsmethoden van de Nederlandse schaatsploegen, naar innovaties zoals het sportbrood dat collega’s van de HAN hebben ontwikkeld en het beleid van het NOC*NSF en KNSB. Reken erop dat de eerste plannen in Canada, Ameria, Rusland en Korea nu al worden gesmeed. En wat dan nog zult u wellicht denken? Wij hebben toch het momentum en de knowhow om ook in de toekomst goed te presteren? Waarschijnlijk zullen velen van u het niet gelijk geloven maar als we niet een beetje gaan denken als verliezers worden we de komende jaren hard voorbij gelopen. Hoe dat kan?
Interessant onderzoek in het Amerikaans honkbal geeft daar een verklaring voor. In dit onderzoek is aangetoond dat ploegen die achterstaan in de World Series vaker de eerstvolgende wedstrijd winnen. De statisticus Bill James noemt dit fenomeen ‘the law of competitive balance’. Hij stelt dat over de tijd winnaars en verliezers verschillende strategieën gaan hanteren. En de strategie van de verliezer is blijkbaar vaak de meest succesvolle. Met een concreet voorbeeld is dit eenvoudig uit te leggen. Welke coach verandert in de rust iets aan de tactiek als het goed loopt en de stand in het voordeel is van zijn ploeg? De meeste coaches zullen weinig zeggen of iets van ‘ga zo door, goed gedaan en houd je aan de afspraken’. De coach van het team dat achterstaat zal zich genoodzaakt zien iets te veranderen, nieuwe oplossingen aan te dragen en over de zwakheden van het team na te denken.
Dit proces, blijkt uit onderzoek, vindt plaats op zowel de korte en langere termijn. Succesvolle teams willen graag weer hetzelfde resultaat en houden vast aan wat ze aan het doen zijn. Hoe lang hebben we in Nederland niet vastgehouden aan traditionele programma’s ter voorbereiding op het schaatsseizoen? Skeeleren en shorttrack was echt not done. Totdat we op grote toernooien voorbij werden geschaatst door met name Amerikanen met een skeeler- en shorttrackverleden. En zie nu eens, de broertjes Mulder, Tuitert, Ter Mors, allen gouden medaillewinnaars met een achtergrond in het skeeleren of shorttrack. The law of competitive balance stelt dat verliezende teams meer bezig zijn zichzelf te verbeteren en versterken om beter de competitie aan te kunnen gaan. Er wordt gekeken naar de concurrentie en gezocht naar nieuwe methoden. En natuurlijk, over de tijd zullen ook de winnende teams zich verbeteren alleen is de mate waarin substantieel kleiner dan die van de verliezende teams. En daarom heb ik ook alle vertrouwen in de shorttrackploeg van 2018. Die gaan daar geheid goed presteren! En de lange baan schaatsers? Als ze vanaf volgende week de mind set aannemen ‘we hebben nog nooit zo slecht gepresteerd’ dan heb ik ook hoop voor hen. De statistieken spreken echter niet in hun voordeel…..