
Veel topsporters werden in hun jonge jaren niet (h)erkend als potentiële topper. Toch hebben zij de top gehaald. Eén reden hiervoor is dat zij zich elke keer makkelijk hebben weten aan te passen aan een niveautje hoger. Is de progressie die iemand kan boeken genetisch bepaald of zijn het de omstandigheden die bepalen of iemand doorbreekt of niet (nature vs. nurture)?
In 1992 hebben vijf universiteiten uit Canada en de Verenigde Staten een onderzoek opgestart om erachter te komen hoe (matige) lichaamsbeweging invloed heeft op bepaalde lichaamswaarden (VO2 max, hartsterkte, cholestrol en insuline en bloeddruk) bij mensen die ongetraind waren.
Het project staat bekent als HERITAGE Family Study (HEalth, RIsk factors, exercise Training And GEnetics). De universiteiten hebben 98 families (twee generaties) gevonden die bereid waren mee te doen aan het onderzoek. De families werden onderworpen aan een trainingsschema van vijf maanden waarbij de intensiteit van de trainingen elke week omhoog ging.
Het onderzoek onderscheidde zich van onderzoeken die voor 1992 gedaan waren doordat DNA werd afgenomen van de participanten om te onderzoeken of genen een rol spelen in het verschil in fysieke gesteldheid tussen participanten.
Een belangrijke graadmeter voor iemands fysieke gesteldheid is de VO2 max (het maximale volume (V) zuurstofgas (O2) dat het menselijk lichaam per tijdseenheid kan transporteren). De VO2 max resultaten van het onderzoek toonden grote verschillen aan tussen participanten. Bij sommigen steeg de VO2 max met 50% terwijl bij anderen de VO2 max niet of nauwelijks hoger werd. Bij alle participanten had het regelmatig sporten wel een positieve uitwerking op de gezondheid.
Wat opviel was dat families bij de voortgangscurve van de VO2 max een zelfde lijn van vooruitgang volgden. Met andere woorden familieleden hadden over het algemeen genomen vergelijkbaar profijt van de training. De variatie tussen verschillende families was daarentegen groot. Analyse van de data liet zien dat ongeveer de helft van iemand potentie om hun VO2 max te vergroten uitsluitend bepaald werd door hun ouders.
Het onderzoek ging niet over sporttalenten maar het geeft wel te denken. Is de potentie die een talent heeft om stappen te maken in zijn ontwikkeling beperkt door de genen het talent van zijn of haar ouders heeft meegekregen? Kunnen genen een voorspeller zijn voor het plafond wat een talent kan halen?
Mocht je geïnteresseerd zijn in de rol die genen hebben in de ontwikkeling van sporttalenten dat zou ik je boek The Sport Gene van David Epstein aanraden.
Geef een reactie