
“Aangeboren klasse”, “Actie van een natuurtalent” en “Buitenaardse goal” zijn omschrijvingen die de afgelopen weken over de zwevende kopbal van Robin Van Persie in de (social) media circuleerden. Voor degene die nog even willen nagenieten of toevallig al op vakantie waren naar een zonnig oord zonder internet, hier kun je het doelpunt terugkijken.
In de gesprekken die ik opving over de fabuleuze kopbal hoorde ik vaak de woorden “Koptalent” en “aangeboren instinct”. Op een gegeven moment kwam ik met een jonge voetballer in een discussie over hoe het nu mogelijk is dat iemand een dergelijk mooie goal kan maken. De jonge voetballer dacht aan aangeboren talent (“Van Persie is echt een koptalent”), terwijl ik aan ontwikkeling dacht (“Van Persie heeft zijn talent voor koppen optimaal ontwikkeld”) en dus ging ik op onderzoek uit naar het verhaal achter de kopbal. Hoe kwam hij tot stand: aangeboren aanleg of een optimale ontwikkeling?
“Ik ben begonnen op mijn achtste met extra trainen op koppen”
Al snel kwam ik tijdens mijn zoektocht twee interessante interviews tegen, die wel eens licht op de zaak konden werpen. In het eerste interview (Koen Greven en Bart Hinke, 16 juni 2014, NRC Handelsblad) zegt Van Persie: “Ik ben begonnen op mijn achtste met extra trainen op koppen. Ik kon er niets van. Toen ben ik met vijfjes gaan koppen. Keiharde vijfjes. Gewoon een uur lang. Dan leer je het wel.”
Robin van Persie geeft hier aan dat hij in het begin dus helemaal niet zo goed kon koppen. Hij is echter meteen al extra gaan trainen op dit koppen. Als je iets niet kan, dan moet je er extra op gaan trainen moet Van Persie gedacht hebben. Tussenstand Aangeboren aanleg vs. Optimale ontwikkeling: 0-1.
Vervolgens komt Van Persie met de volgende uitspraken in datzelfde interview: “Je moet controle hebben bij koppen. Dat is een proces. Ik heb dat laten verwateren. Totdat ik bij mezelf dacht: Je scoort te weinig met je hoofd. Toen heb ik het weer opgepakt. Ik merkte dat het weer beter ging. Het gaat erom dat je jezelf traint. Alleen dan kun je beter worden. Dat heeft niets met leeftijd te maken. Ik leer elke dag bij. Constant. Ik maak nog steeds stappen.”
Uit het stukje komt mooi naar voren dat Van Persie een tijdje niet meer had getraind op het koppen, totdat hij besefte dat hij te weinig met zijn hoofd scoorde. Vervolgens is hij weer gericht gaan trainen en zag hij weer vooruitgang. Daarnaast geeft hij duidelijk aan dat je ook op oudere leeftijd nog steeds je talent verder kunt ontwikkelen door constant te leren. Ruststand Aangeboren aanleg vs. Optimale ontwikkeling: 0-2.
In een ander interview (Willem Visser, 16 juni 2014, Volkskrant) vond ik verder bewijsmateriaal. Robin van Persie geeft namelijk uitleg hoe het komt dat hij zo mooi scoorde met zijn hoofd: “Je moet fine tunen, trainen, dan gaat het in je systeem zitten. Ik leer nog elke dag bij. Van de bondscoach, van de staf, van de andere spelers. Maar ik moet er wel tijd in steken.”
Hier geeft Van Persie mooi aan dat het hem ook allemaal niet komt aanwaaien, maar dat hij er constant tijd in moet steken door middel van trainen en fine tunen. Daarnaast geef hij wederom aan dat hij op zijn leeftijd nog steeds elke dag bijleert van iedereen. Dit leidt tot de volgende eindstand Aangeboren aanleg vs. Optimale ontwikkeling 0-3.
Optische illusie van aangeboren talent
Hoe komt het nu dat zoveel mensen een optimale ontwikkeling verwarren voor aangeboren aanleg? Ik geloof dat dit komt omdat er een optische illusie om topprestaties hangt. Wij zien van topsporters vaak enkel het eindproduct (lees de geweldige kopbal), maar zien niet het ontwikkelproces dat hieraan ten grondslag ligt (lees de honderden uren waarin Robin van Persie heeft getraind op koppen). Dit noem ik de optische illusie van aangeboren talent. Om deze optische illusie van aangeboren talent uit te leggen, gebruik ik vaak de ijsbergmetafoor. Wij zien iemand iets geweldigs doen, het topje van de ijsberg, en denken meteen dat diegene daarmee wel geboren moet zijn, omdat het van een dergelijk onwaarschijnlijk hoog niveau is. Wij zien echter alleen het topje van de ijsberg en vergeten naar de enorme basis van de ijsberg te kijken omdat die onder water ligt en daarom gemakkelijk aan het oog onttrokken wordt.
Moeten we nu minder respect hebben voor Van Persie omdat er een logische verklaring achter zijn mooie kopbal ligt, namelijk een enorme ijsberg van ontwikkeling? Nee juist niet volgens mij, we moeten des te meer respect hebben voor hem omdat hij zich optimaal ontwikkeld heeft. Of zoals Josh Waitzkin al eens mooi zei: “Wanneer je gelabeld wordt als natuurtalent, dan wordt eigenlijk ontkend dat je jezelf optimaal ontwikkeld hebt.” Geniet dus van de fabelachtige kopbal van Van Persie, maar besef dat het een eindproduct is van een jarenlang proces van talentontwikkeling.
Laten we Robin van Persie niet labellen als natuurtalent en hem alle credits geven voor zijn optimale ontwikkeling. Een positief neveneffect hiervan is dat zijn jonge fans een groei mindset zullen krijgen, namelijk de overtuiging dat talent te ontwikkelen is door veel te oefenen en de juiste leerstrategieën toe te passen. Dit terwijl het labellen van Robin van Persie als natuurtalent ervoor zorgt dat zijn jonge fans steeds meer een statische mindset zullen krijgen. Een statische mindset is de overtuiging dat talent en vaardigheden aangeboren zijn en daarom vastliggen. Uit verschillende onderzoeken blijkt dat sporters met een groei mindset zich beter ontwikkelen en meer welzijn ervaren. Laten we dus een groei mindset stimuleren door ons wat meer te focussen op de ijsberg achter het mooie doelpunt!
Wil je meer weten over mindset? Lees dan dit artikel: “Alleen op de wereld” of kijk op de volgende website: Sport Mindset.